Veelgestelde vragen en antwoorden locatie Duiven

Voor meer informatie: Waarom locatie Nieuwgraaf, Duiven

We gaan uit van een bandbreedte van 170 tot 211 meter. Dit omdat de markt voortdurend verandert en we zo de keuze voor de windmolen fabrikant openhouden.

Bandbreedtes

Tiphoogte:          170 – 211 m

Masthoogte:           110 – 140 m

Rotordiameter: 120 – 142 m

Het waterschap heeft als richtinggevend principe dat 20% van de winst van de windmolens ten goede komt aan de omgeving. De exacte hoogte van de winst is variabel en hangt af van verschillende factoren, zoals de uiteindelijke turbinekeuze, eventuele subsidies, en eventuele kosten van compenserende maatregelen voor de omgeving. Andere factoren zijn de hoeveelheid wind en actuele energieprijzen. Samen met de omgeving willen we verder verkennen hoe (financiële) participatie vorm kan krijgen. Uitgangspunt daarbij is dat direct omwonenden het meest profiteren van de winst. Een verdeelsleutel voor de winst wordt voorgelegd aan een Omgevingsadviesraad. Deze omgevingsadviesraad bestaat uit vertegenwoordigers van diverse belangen in het gebied, waaronder ook de omwonenden. Het is de bedoeling dat deze OAR binnenkort voor het eerst bijeenkomt.

Bij de verbranding van fossiele brandstoffen komt CO2 vrij. Daarnaast veroorzaken ze vervuiling én ze zijn eindig. Het is daarom in ieders belang dat we overstappen op schone en duurzame energie. Tegelijkertijd  beseffen we dat de komst van windturbines impact heeft op de omgeving. Er is daarom regelmatig contact met vertegenwoordigers van Lathum (dorpsraad Lathum i.o. en werkgroep Lathum) en met individuele inwoners om zorgen, wensen en belangen samen te bespreken. Het waterschap wil  iedereen goed op de hoogte houden van alle ontwikkelingen, en de nadelen van de windturbines zo veel mogelijk beperken.

Wij hanteren hierbij de volgende lijnen:

1. We houden zoveel mogelijk rekening met wensen van bewoners en willen overlast zoveel mogelijk verminderen. We streven naar zo min mogelijk geluidshinder en streven naar géén slagschaduw. Voor slagschaduw op vensters van woningen is de doelstelling nul uur per jaar.
2. We willen de (financiële) voordelen met de directe omgeving delen. Het waterschap heeft als richtinggevend principe dat 20% van de winst van de windmolens ten goede komt aan de omgeving. De exacte hoogte van de winst is variabel en hangt af van verschillende factoren, zoals de uiteindelijke turbinekeuze, eventuele subsidies, en eventuele kosten van compenserende maatregelen voor de omgeving. Andere factoren zijn de hoeveelheid wind en actuele energieprijzen. Samen met de omgeving willen we verder verkennen hoe (financiële) participatie vorm kan krijgen. Uitgangspunt daarbij is dat direct omwonenden het meest profiteren van de winst.

Nee, het geluid van de snelweg wordt niet versterkt.

Uit ecologisch onderzoek blijkt dat vogels geen hinderlijke effecten van de windmolens van het waterschap zullen ondervinden. Deze bevindingen zijn gedeeld met de vogelwerkgroep Arnhem en de weidevogelvereniging. Beide hebben laten weten geen probleem te zien.

Wettelijk is het volgende geregeld: een eigenaar van een woning kan een schadeclaim indienen bij de gemeente. De gemeente en een onafhankelijke rechter zullen het verzoek behandelen. Wanneer de rechter bepaalt dat er inderdaad sprake is van planschade (er geldt een ondergrens, een normaal maatschappelijk risico van 2% wordt daarin gehanteerd) zal de gemeente de schade in rekening brengen bij de initiatiefnemer; in dit geval het waterschap.

Het waterschap heeft dit onderzocht en in de directe omgeving zijn geen (toekomstige) bouwplannen waarop de eventuele plaatsing van de windturbines relevante invloed hebben.

De windmolens komen op respectievelijk 300 en 500 meter van de AVR te staan. Het waterschap heeft daarom in de voorbereidingsfase door DNV-GL (voorheen KEMA) een onderzoek laten verrichten naar eventuele invloed van de windmolens op de rookpluim van de AVR. In overleg met de dorpsraad Lathum en werkgroep Lathum is vervolgens een 2nd opinion uitgevoerd door Witteveen + Bos. Deze 2nd opinion bevestigt de resultaten van het eerste onderzoek: bij 6 woningen in de directe omgeving van de beoogde windturbines is bij een ongunstig scenario sprake van een minieme verslechtering van de luchtkwaliteit (stijging van 0,5 tot max 1% t.o.v. bestaande achtergrondconcentratie in de lucht). Hoe hoger de windturbine, hoe kleiner dit effect. Bij het dorp Lathum is er geen negatief effect. De luchtkwaliteit in het gebied wordt vooral bepaald door het autoverkeer van de A12 en de scheepvaart op de IJssel.

Ook de GGD Gelderland-Midden heeft op verzoek van de Dorpsraad en Werkgroep beoordeeld wat er met de luchtkwaliteit gebeurt als de rookpluim van de AVR door de turbines volledig naar beneden wordt geslagen. Volgens de GGD komt slechts een klein deel van het fijnstof dat zich in de omgeving van Lathum in de lucht bevindt namelijk van de AVR en andere bronnen in het gebied (bv. snelweg, houtkachels).

Het merendeel komt van verder weggelegen bronnen in binnen- en buitenland. Een eventuele invloed van de windturbines op de rookpluim van de AVR heeft daardoor nauwelijks effect op de luchtkwaliteit in de omgeving. Omgerekend naar het meeroken van sigaretten komt zo’n effect – in het meest pessimistische scenario – volgens de GGD neer op het meeroken van 0,03 extra sigaret per dag. Ter vergelijking: op basis van de huidige luchtvervuiling in de omgeving stelt de GGD dat mensen in de omgeving van Lathum nu gemiddeld 5,14 sigaretten per dag meeroken.

U vindt alle rapporten op www.wrij.nl/windenergie.

Een meerderheid van de gemeenteraad van Duiven heeft definitief ingestemd met de bouw van 2 windturbines. Het college van B&W heeft een omgevingsvergunning verleend voor de bouw van de turbines. Beroep dat is ingediend heeft de Raad van State ongegrond verklaard. Dat betekent dat de windturbines gebouwd kunnen worden.

Het waterschap is gestart met de aanbesteding en hoopt medio 2021 een turbineleverancier te selecteren die de turbines gaat bouwen. De bouw van de turbines op de locatie start naar verwachting in 2022.

Het college heeft in december 2019 besloten om de verkenning naar een alternatieve locatie te beëindigen. Er is gekeken naar verschillende alternatieve locaties in de gemeente Duiven en Zevenaar, maar de locaties die in beeld kwamen waren niet reëel. De gemeente Zevenaar wil de komende jaren geen hoge windturbines plaatsen. Daarnaast heeft de gemeente Duiven in oktober 2019 middels een verkenning meerdere locaties aangewezen voor windturbines. In het gebied mogen van de gemeente, naast de bestaande windturbines, meer windturbines geplaatst worden. Dit betekent dat in de toekomst rond onze huidige locatie hoe dan ook meerdere windmolens kunnen komen. We blijven in gesprek met omwonenden over de twee windturbines die er komen. Zowel persoonlijk aan de keukentafel als in de omgevingsadviesraad (OAR).